De discografie van Burning Witch bestaat uit tien nummers. Tien langgerekte nummers, dat wel, maar nog geen anderhalf uur en je bent door alles heen wat de band ooit uitbracht. Zeven van die nummers werden verzameld op Crippled Lucifer, een album dat kort na het uiteenvallen van de band het daglicht zag. De band heeft maar drie jaar bestaan, maar dit verzamelalbum laat horen dat deze jonge knapen al tot veel in staat waren, en het verbaast niemand dat ze later naam en faam zouden maken in de extremere uithoeken van de muziek.
Stephen O’Malley is de oprichter van Burning Witch en die zagen we al eerder terug hier op de site, namelijk als muzikant op een redelijk geniaal, vijf uur durend drone-album. Ook vrij extreem, maar op een heel andere manier dan dit Burning Witch, en ook op een heel andere manier dan wat hij doet met Khanate of Sunn O))), enkele andere grote en bekendere projecten van O’Malley. Van Sunn O))) maakt ook Greg Anderson deel uit, die ook speelde in dit Burning Witch – hoewel hij de band al verliet nog voordat er ook maar een nummer opgenomen was – en die later Goatsnake startte en bovendien de oprichter is van het grote metallabel Southern Lord (waar ook deze compilatie op uitkwam).
Putlucht
We hebben hier dus te maken met een voorloper van al die trage, duistere, hopeloos harde metal die zou volgen. Op Crippled Lucifer horen we een mix van doom metal en sludge metal en die combinatie van genres verraadt eigenlijk al dat we een loodzwaar en massief album voor de kiezen krijgen. Het klinkt misschien nog niet zo verrot en ziek als Khanate later zou gaan klinken (laat dit een aanbeveling voor Khanate zijn, lezer!), maar er komt toch al wel een flinke putlucht af van deze monsterlijke, onsmakelijk dampende brij.
Je zou dit album best met Black Sabbath – de oervaders van de doom metal – kunnen vergelijken, zeker wanneer zanger Edgy 59 (één van de slechtere metalpseudoniemen?) clean zingt, maar wanneer hij al zijn pijn de vrije loop laat, dan komt er een schreeuw uit die keel waar je gewoon bang van wordt. Zelden heb ik zulke nare, verwrongen vocalen gehoord (ja, ok, Khanate inderdaad) die per direct diepe kraters in de ziel van de luisteraar slaan. Dit album uitzitten heeft gewoon een fysieke uitwerking, wanneer ik er ontvankelijk genoeg voor ben word ik hier echt kotsmisselijk van.
De adem afknijpen
Wanneer je dan ook de teksten hoort (“light goes out in my mind / and I think I’m going insane […] empty space in my life / fill it up with myself”), weet je dat het helemaal menens is. Op muzikaal vlak gebeurt er niet heel veel – we horen vooral langzame, maar keiharde riffs en dito drums – maar dat is echt de perfecte ondersteuning van deze goddeloze vocalen. Ze weten de krankzinnigheid die Edgy 59 brengt nog net wat meer kracht bij te zetten zodat het geheel je gaandeweg echt de adem afknijpt.
Na dit album kun je misschien niet meer, maar je wíl ook absoluut niet meer. Burning Witch laat ieder sprankje levensvreugde dat je misschien nog hebt in rook opgaan. Je moet er misschien wel in de juiste stemming (lees: vatbaar) voor zijn en van de vele keren dat ik dit album gehoord heb, vond ik het slechts een paar keer zo overrompelend als ik hierboven beschreven heb. Die andere keren dat dit album wat minder overdonderde, vond ik het nog steeds goed en bijzonder, maar ik kon dan toch niet helemaal meekomen met de gitzwarte sfeer die dit album uitstraalt en het geheel voelde dan meteen stukken vlakker aan.
Confrontatie
Maar het feit dat Burning Witch überhaupt in staat is om je fysiek en mentaal zo leeg te zuigen vind ik wel een hele hoop lof en een hoog cijfer waard. De kunst voor mij is om aan te voelen wanneer ik helemaal kapot kan en wil gaan aan dit album, want zo vaak naar dit album luisteren als ik de afgelopen weken heb gedaan is denk ik niet helemaal de manier. Dit is een album dat beter tot zijn recht komt wanneer je het met mate en in de juiste setting tot je neemt. Het effect dat Crippled Lucifer dan op een mens kan hebben, dat is waar iedere extreme metalluisteraar stiekem naar op zoek is: om op brute wijze geconfronteerd te worden met het leed van anderen en daarin ook met jezelf.